
Donderdagmiddag 26 mei 2016 kwamen in Seats to Meet Utrecht zo’n zestig regionale en landelijke deskundigen bijeen uit de onderwijswereld en van gemeenten, UWV en Leerwerkloketten. Zij namen deel aan de Mini-conferentie ‘23-plus in Perspectief’. Aanleiding was het onderzoek ‘Perspectief 23-plus’ naar de kansen van 23-plussers, in opdracht van het Programma Leren en Werken uitgevoerd door KBA Nijmegen en Selle van der Woude. In drie groepen werd geïnspireerd gebrainstormd over toegankelijke onderwijsmogelijkheden, kansrijke leerwerkarrangementen en passende begeleiding om met name 23- tot 27-jarigen zonder startkwalificatie een duurzamer arbeidsmarktpositie te bezorgen.
Terugloop BBL
Dagvoorzitter Lau van den Bos, adviseur bij het landelijk programmateam Leren en Werken, zet direct de toon: “We gaan het vanmiddag niet alleen hebben over problemen, maar vooral over oplossingen, en in het bijzonder wat wij daar zelf aan kunnen bijdragen.” Ton Eimers, onderzoeker bij KBA, presenteert kort de belangrijkste uitkomsten van het onderzoek. “We hebben in kaart gebracht dat van de in totaal 138.000 werkloze 23-plussers er 64.000 geen startkwalificatie hebben. Daarvan zijn er 22.000 ‘onzichtbaar’: ze staan niet geregistreerd als onderwijsvolgend, werkzoekend of uitkeringstrekkend. Vergeleken met de groep voortijdig schoolverlaters zitten 23-plussers in een andere levensfase met vaak al verantwoordelijkheden als een huis, een gezin. Daardoor is opnieuw voltijds naar school gaan vaak geen optie, nog los van het feit dat ze niet meer zo goed passen in een BOL-klas met 17-jarigen, en mogelijk minder gemakkelijk een stageplek vinden. De terugloop van het aantal BBL-plekken in de afgelopen jaren was en is daarom zeer ongunstig voor 23-jarigen. Uit het onderzoek bleek voorts dat een deel van de 23-plussers intensieve begeleiding nodig heeft vanwege psychosociale of maatschappelijke problemen die eerst opgelost moeten worden voordat ze aan leren en werken toe zijn.”
Over de randen
Hierna volgen drie ‘pitches’. Alain van der Haar, directeur bij het Graafschap College in Doetinchem, geeft aan dat het ROC wordt ‘afgerekend’ op het aantal leerlingen dat de opleiding voltooit en werk vindt. “‘Moeilijke groepen’ leiden tot minder financiering of zelfs boetes. Wat gemeenten bijdragen aan opleidingstrajecten van doelgroepen is niet eenvormig. De 23-plusser is hoe dan ook het meest gebaat bij BBL of ‘hybride’ leren (combinatie van BOL en BBL), of bij het behalen van korte modules afgerond met een certificaat. Gelukkig biedt de onderwijswetgeving daarvoor tegenwoordig meer mogelijkheden. Er kan meer dan je misschien denkt, maak gebruik van de ruimte die er is.”
Petra Weideveld, coördinator Jeugdwerkloosheid en coördinator Leerwerkloket Twente, wil de handen ineenslaan om nieuwe koppelingen tussen leren en werken te realiseren. Met een tal aan verschillende gekleurde petten die symbool staan voor iedere betrokken partijen, licht Petra toe: “Samenwerking in de regio is de sleutel. UWV, gemeente, scholen en werkgevers kunnen kijken of daar waar de economie weer kansen biedt, BBL -trajecten of alternatieve leerwerkarrangementen voor 23-plus werkzoekenden kunnen worden opgezet.”
Selle van der Woude pleit voor meer persoonlijke en (op momenten) meer intensieve begeleiding voor de 23-plussers die dit nodig hebben,. “Uit de interviews die we deden voor het onderzoek kwam naar voren dat veel 23-plussers zich niet werkelijk ondersteund voelen. Instanties hebben de neiging hun zelfredzaamheid te overschatten.” Verder pleit hij voor meer continuïteit in de begeleiding. “Dat vraagt samenwerking; partijen die elkaar tegemoet willen komen in plaats van dat ze zich terugtrekken en zich verschuilen achter hun formele taken.”
Actiepunten
Vervolgens gaan de deelnemers uiteen in drie subgroepen om mogelijke oplossingen in kaart te brengen en actiepunten te formuleren. Zij rapporteren hun conclusies plenair.
Persoonlijke begeleiding
- het is belangrijk de hele situatie van de jongvolwassenen in acht te nemen (‘levensbreed’) en de jongeren ook op andere terreinen dan werk te ondersteunen. Zo zet gemeente Den Bosch lifecoaches in. Een ander voorbeeld is de Navigator in Drenthe.
- Soms zijn de problemen van de jongeren zo groot en/of urgent, dat deze eerst aangepakt moeten worden voordat het over werk kan gaan. Dat erkennen, geeft niet alleen de jongere rust maar haalt ook spanning weg in het systeem wat de creativiteit van professionals ten goede komt.
- 23-plussers hebben begeleiders nodig die een vertrouwensband kunnen opbouwen; zij moeten een intrinsieke wil hebben om de jongvolwassenen te helpen en tevens beschikken over interculturele competenties
- het gezamenlijk bespreken van casussen kan bevorderen dat alle betrokken instanties hun verantwoordelijkheid nemen, elkaar gaan opzoeken, etc.
- vrijwilligers of ervaringsdeskundigen kunnen als coach of maatje een positieve rol spelen, zoals ‘JIM Werkt’ waarbij de jongvolwassene een eigen mentor/maatje kiest, of de jongerencoaches van 2GetThere
- Stel doelen niet te hoog: kleine stapjes, experimenteren mag. Dit zal de bereidheid van de betrokken partijen kunnen vergroten.
- een inzichtelijk netwerk van betrokken instanties ook op uitvoerend niveau is essentieel (wie doet wat)
- stroomschema’s, zoals startkwalificatie=werk/geen startkwalificatie=school, niet zwart-wit hanteren
- werkgevers erbij betrekken, bijv. via SROI
- maak zichtbaar en vindbaar voor de doelgroep wat mogelijk is en waar je hulp kunt krijgen
Onderwijsaanbod
- 23-plus klassen vormen (gebeurt bijvoorbeeld al in Twente en Doetinchem)
- flexibele instroom mogelijk maken door het jaar heen. In Eindhoven organiseert men zij-instroomtrajecten BBL uitgaande van de vraag van werkgevers.
- EVC benutten voor waar het ooit voor bedoeld was: kortere opleidingsroutes
- voorschakelen, om alvast te activeren/leerbaar te maken. In Friesland doen 3 ROC’s dit
- bij ROC ook behalen van losse deelkwalificaties mogelijk maken (gebruik maken van de keuzedelen, dit is dan onbekostigd), of leerarrangementen voor losse werkprocessen organiseren met werkgevers zoals bij Boris-methodiek van SBB
- branchecertificering, zoals in Dordrecht waar branchegelden ingezet worden voor coaching (om werkgevers te ontzorgen) met als vervolgstap een reguliere opleiding
- in kansrijke sectoren regionale leerwerkarrangementen opzetten
Werken en leren
- ruimere opleidingsmogelijkheden met behoud van uitkering, eventueel als voorfase van BBL
- hiervoor kan ook SROI mogelijkheden bieden (via deze weg organiseert Rotterdam samen met WGSP deeltijd-bol)
- evenals het jongerenvoucher en andere beschikbare opleidingsvouchers (UWV, STOOF)
- werkgevers erbij betrekken, samen met WerkgeversServicepunt en SBB
- bij beschikbare BBL-plekken in vraagsectoren zoals de bouw: proberen kandidaten hiervoor te enthousiasmeren
- preventie: schoolverlaters blijven volgen en waar nodig terugleiden
- voorlichting over leren en werken ook richten op 23-plussers (gebeurt al, bijvoorbeeld jongerenbijeenkomsten Zaanstreek)
- wat betreft 23-plus sterkere koppeling leggen in het (SZW-)beleid tussen Leerwerkloketten en bestrijding jeugdwerkloosheid
- denk ook aan de beloning die jongeren krijgen. Vaak voldoet die niet om in eigen onderhoud te voorzien
Aan de slag
Dagvoorzitter Lau van den Bos geeft Marianne Zoetmulder, programmamanager Leren en Werken, het laatste woord. Marianne: “Deze middag heeft een indrukwekkende lijst met actiepunten opgeleverd waar we verder mee aan de slag kunnen, zowel vanuit Leren en Werken als samen met onze partners. Dat zal zeker gebeuren, zowel in de regio’s als op landelijk niveau. Zo hebben we binnenkort een overleg met de MBO-Raad en NRTO (de brancheorganisatie van de private opleidingen) over vervolgstappen naar aanleiding van het onderzoek, gericht op toegankelijke leermogelijkheden voor 23-plussers. En SBB neemt 23-plussers expliciet mee bij de wervingsactie voor stageplaatsen ‘BBL Alert’ die in juni start.
Ook in andere settings zullen we erop terugkomen. Het is duidelijk dat de wens om werkloze 23-plussers een duurzamere arbeidsmarktpositie te geven, breed leeft. Een van de groepen vatte aldus samen: maatwerk leveren via gebundelde financiering. Dat is precies wat ons te doen staat. In september zullen we iedereen op de hoogte brengen van de vervolgstappen.”
Lau van den Bos besluit de bijeenkomst en dankt de aanwezigen voor hun inbreng. Onder het genot van een hapje en een drankje wordt nog geruime tijd doorgegaan met het uitwisselen van inzichten en ervaringen.