
Het kabinet wil vooral investeren in de bestrijding van kansenongelijkheid, het stimulering van talent, goede docenten met een sterke positie, toponderzoek en krachtig beroepsonderwijs. Goed onderwijs brengt het beste in mensen naar boven, voorkomt en verkleint achterstanden en helpt talenten zich optimaal te ontwikkelen. Goed onderwijs legt de basis voor een gezonde en succesvolle samenleving. Daarom is investering nodig in het verder verbeteren van onderwijs, onderzoek en in de mensen die erin werken.
Een aantal maatregelen die zijn gepresenteerd in het regeerakkoord hebben betrekking op het onderwijs. De voornaamste ambities van dit kabinet liggen in de bestrijding van kansenongelijkheid en de stimulering van talent, goede docenten met een sterke positie, toponderzoek en krachtig beroepsonderwijs.
Enkele highlights:
Kansen en talenten
- 170 miljoen euro wordt uitgetrokken voor versterking van primair onderwijs.
- Er komt meer aandacht voor digitale geletterdheid en praktische vaardigheden. Ook worden de kerndoelen aangescherpt voor techniek, burgerschap en seksuele diversiteit.
- Rekenonderwijs in het mbo wordt beroepsgericht zodra het alternatief voor de rekentoets in het vmbo is ingevoerd.
- Het onderwijsachterstandenbeleid wordt verhoogd met 15 miljoen euro per jaar.
- Hetzelfde bedraag wordt geïntensiveerd op het onderwijs voor hoogbegaafde kinderen.
- Invoering mogelijkheid van een maatschappelijke diensttijd (maximaal 6 maanden) om jongeren in staat te stellen een bijdrage te leveren aan onze samenleving.
- Verhoging kwalificatieplicht van 18 naar 21 jaar.
- Budget voor terugdringen laaggeletterdheid wordt met 5 miljoen per jaar verhoogd.
Ruimte, vertrouwen en verantwoording
- De Cascadebekostiging in het mbo wordt (budgetneutraal) afgeschaft wanneer nieuwe kwaliteitsafspraken zijn gemaakt. Onder meer om het aantal Beroepsbegeleidende leerwegplaatsen (BBL) te laten toenemen.
Een sterke docent
- Om het lerarenregister tot een succes te maken moet het straks van, voor en door de docent zijn. Dit zal voor het kabinet een harde voorwaarde zijn in de verdere uitwerking. Dit biedt een kans om de beroepsgroep te versterken en bekwaamheid mee te laten tellen. Lesontwikkeling, intervisie en evaluatie van lessen krijgen ook erkenning in het lerarenregister. Dat draagt bij aan de kwaliteit van onderwijs.
Groen onderwijs
- Het groen onderwijs zal op dezelfde wijze per deelnemer gefinancierd worden als het reguliere onderwijs. Het groen onderwijs wordt daarom als beleidsterrein ondergebracht bij het ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap. De kenmerkende hechte samenwerking tussen overheid, onderwijs en bedrijfsleven blijft gewaarborgd. De oude taakstelling van 10 miljoen euro op het groen onderwijs wordt teruggedraaid.
Krachtig beroepsonderwijs
- Er wordt structureel 100 miljoen euro per jaar beschikbaar gesteld voor een dekkend aanbod en versterking van de kwaliteit van het techniekonderwijs op het vmbo.
- Voor het vergroten van het succes van beroepsopgeleide jongeren worden afspraken gemaakt om de overgang van vmbo naar mbo en van mbo naar hbo te verbeteren. Mogelijkheid voor leerlingen om niveau 1 of 2 binnen het vmbo af te ronden.
- In het praktijkonderwijs wordt samenwerking met het mbo gestimuleerd om te bevorderen dat meer leerlingen uit het praktijkonderwijs doorstromen naar het mbo en de arbeidsmarkt.
- Mbo-instellingen krijgen de mogelijkheid om aan studenten die aan een entree- of niveau 2-opleiding niet hun diploma halen, een vakcertificaat uit te reiken dat laat zien wat een student heeft geleerd.
- Het experiment vraagfinanciering wordt uitgebreid naar het mbo.
- In het mbo worden de eisen aan het regionaal arbeidsmarktperspectief aangescherpt en wordt meegenomen of een opleiding voldoende aansluit op het beroepenveld. Daarnaast wordt de macrodoelmatigheid van bestaande opleidingen in het hoger onderwijs getoetst. Er komen instrumenten om in te grijpen bij opleidingen die studenten onvoldoende voorbereiden op de arbeidsmarkt.
- Meer aandacht voor de uitvoering van de burgerschapsopdracht in het mbo.
- Het kabinet onderzoekt samen met het onderwijs hoe de huidige beperkende werking van de kwalificatiedossiers voor innovatie en regionale invulling van het onderwijsprogramma van mbo-opleidingen verbeterd kan worden en de lastendruk verminderd. Hierbij wordt ook de mogelijkheid onderzocht van een vorm van opleidingsaccreditatie.
Hoger onderwijs en onderzoek
- Er komt een internationaliseringsaanpak die het voor zoveel mogelijk studenten mogelijk maakt een studie te volgen in het buitenland. De aantrekkelijkheid van het Nederlands onderwijs wordt voor buitenlandse studenten versterkt, met behoud van de toegankelijkheid.
- ‘Open science’ en ‘open access’ worden de norm in wetenschappelijk onderzoek.
- De middelen die vrijkomen door het studievoorschot worden gekoppeld aan kwaliteitsafspraken op instellingsniveau. Instellingen krijgen de ruimte om zelf doelstellingen en indicatoren op te stellen.
Levenlang ontwikkelen en kunnen werken tot de AOW-gerechtigde leeftijd
Om er voor te zorgen dat iedereen zich na het afstuderen kan blijven ontwikkelen, heeft het kabinet de inzet om de fiscale aftrekpost voor scholingskosten te vervangen door een individuele leerrekening voor alle Nederlanders die een startkwalificatie hebben gehaald. Deze rekening moet het levenlang-lerenbeleid vanuit de overheid bundelen. Met sociale partners en onderwijsinstellingen worden afspraken gemaakt over hun bijdrage aan een levenlang leren bij de invoering van deze scholingsregeling.
Om een cultuuromslag te bewerkstelligen voor ouderen op de arbeidsmarkt is een ambitieus leeftijdsbewust personeelsbeleid nodig, met aandacht voor scholing, intersectorale mobiliteit, zicht op minder belastend werk en de nut en noodzaak van specifieke voorzieningen voor ouderen in cao’s.
Lees hier het gehele regeerakkoord 2017-2021.